15-18 oktober Sucre

20 oktober 2022 - Potosí, Bolivia

Sucre is de officiële hoofdstad van het land, hoewel de president en het parlement zetelen in La Paz. Het is een mooie koloniale stad, volgens sommigen de mooiste van het land. Met zijn statige witte kerken en kloosters, koloniale huizen met balkon, de smalle hoge trottoirs en het centrale plein, waan je je in een Andalusische stad. 

Sucre werd gesticht in 1538 als hoofdstad van de regio Charcas dat Paraguay omvatte, het noordoosten van Peru, het noorden van Chili, het noorden van Argentinië en het overgrote deel van Bolivië. Het is vooral een stad om in te kuieren, in het weekend heel rustig, maar in de week een mierennest, onder andere door de vele studenten van de grootste universiteit van Bolivië. Overal bieden straatverkopers hun (bedenkelijke) waar aan: geroosterde worsten, maïskolven, sieraden, drankjes, cocablaadjes… Die slaan we in, want Ik krijg meer last van hoogteziekte. Een prop tussen de kaak en de tanden helpt. Omdat ik ‘s nachts meer last krijg zoek ik met Maribel een dokter op, die  mij van kop tot teen onderzoekt, zelfs een ecg neemt, en mij met bloeddrukverlagende en slaapmedicatie terug op het spoor brengt. Samen met Diamox en de coca moet het lukken.

We starten ons stadsbezoek met een wandeling naar La Recoletta, een voormalig klooster gebouwd in 1601. Nu is het een museum. Het plein voor het klooster is de uitverkoren plaats voor fotosessie van jonge en oudere bruidspaartjes en voor voetballende jongeren, wat soms tot discussies leidt.

Het centrale plein van de stad is ook hier beplant met statige bomen, met in het bidden een kiosk waar orkestjes hun uiterste best doen om veel decibels uit te stoten. Trommels en koperblazers nemen het tegen elkaar op om het meeste lawaai te produceren. 

Aan het plein ligt de kathedraal, spijtig genoeg gesloten, en het Casa de la Libertad, het paleis waar in 1825 de onafhankelijkheid werd uitgeroepen door Simon Bolivar en Antonio de Sucre, waarbij Bolivië zich afscheurde van Spanje. Eerste president en naamgever van het land werd Simon Bolivar. De nationale leuze werd ‘La unión hace la fuerza’.  Nu weten we waar België de mosterd haalde. In het gebouw is een klas leerlingen op bezoek. De leraar werkt zich de kleren uit de naad om zijn leerlingen te boeien, maar tevergeefs. Na een kwartiertje staan er nog een paar, de rest zit buiten te tokkelen op de telefoon.

Magda gaat met een groep op excursie naar het stadje Tarabuco waar een   markt doorgaat voor de lokale bevolking, een kleurrijke bedoening, waar alle  naburige stammen op afkomen. Hier worden poncho’s, dekens en sandalen verkocht, maar ook dieren en agrarische producten. Ruilhandel is hier nog van toepassing. De meeste dames dragen de lokale klederdracht.

Ik hou mij noodgedwongen rustig en kuier door het witte Sucre in de straten, soms met statige koloniale woningen, soms met kleine gekleurde huisjes.

‘s Anderendaags waag ik me aan een tocht op 3600 n hoogte. Met de cocablaadjes van de gids lukt het. We volgen een hooggelegen handelspad dat vroeger door de Quetcha’s gebruikt werd om hun handelswaar tussen de dorpen te vervoeren met hun lama’s. De uitzichten zijn weer adembenemend.

Wat ons verbaasd zijn de culinaire kwaliteiten van Boliviaanse restaurants. De volkskeuken biedt lekkere stoofschotels. Zo is de Silpancho een gerecht dat bestaat uit laagjes rijst en aardappelen met daarop stukjes vlees van kip, varken en rund overgoten met de tomatensaus. Het geheel wordt bekroond met twee spiegeleieren. Tot hier toe vonden we voldoende groenten en fruit. Kip is zeer populair bij de Bolivianen. En op de marktjes vind je veel goedkope vleesvarianten: koeienmagen, longen, zwoerd, hersenen, het onderste van kippenpoten…Boliviaanse boeren die uit huis gaan werken, nemen alleen een ontbijt en een avondmaal. Voor de rest kauwen ze hun cocablaadjes.

In Sucre is een culinair restaurant ‘La Nativa’, dat zeker niet zou misstaan in België. Voor 150 Bolivos (25 euro) krijg je een vijf-gangenmenu voorgeschoteld met aangepaste wijnen. Zalig.

Onze volgende locatie is Potossi. Daarover later

4 Reacties

  1. Marleen:
    21 oktober 2022
    Hallo Luc bij ons ontbijjt genieten we van jullie reis ervaring .Super VEEL beter dan de krant ,Luc verzorg je goed en het beste. Heb je al een bol hoed ? Groeten uit Eeklo Mariaan, Marleen
  2. Nathalie:
    21 oktober 2022
    Verzorg je goed, Luc! Hopelijk de komende dagen niet te veel last meer van hoogteziekte. Groetjes vanuit Aalst ;)!
  3. Annie en Geert:
    22 oktober 2022
    Rap beter worden hé Luc. We zitten nu in Palermo , een pre-corona reisje dat nu wordt opgenomen. Met een 50-tal kerken en nog wat paleizen binnen directe wandelafstand komen we hier wel aan onze trekken. Morgen beginnen we aan een rondreis Sicilië, samen met Annie’s broer en schoonzus…..nog vele groetjes aan Magda !
  4. Godelieve:
    22 oktober 2022
    Wij zijn met ons gaat in dde boter gevallen met zulke mooie reisverslagen, dankuwel Luc groetjes